De heggesoap
Sinds vorig jaar april beleven we een heuse soap in onze straat. Een soap over een heg.
Het is eigenlijk te zot voor woorden en je snapt niet waar mensen zich druk over maken, maar het zorgt wel voor vermakelijke toestanden en de soap zal nog wel even voortduren.
Het gaat dus over de heg. In het grootste deel van onze straat staan maar aan één kant woningen. De eerste tien woningen zijn van elkaar gescheiden door een garage, de resterende woningen zijn twee-onder-een-kappers met de garages ertussen. Wij wonen in één van de tien woningen die door de garage van elkaar zijn gescheiden. We kijken uit op een van de toegangswegen naar ons dorp. De andere kant van onze straat is door middel van een heg afgescheiden van een groot grasveld waar in de lente allemaal narcissen in grote hoeveelheden bloeien. Het grasveld wordt ’s zomers wel eens gebruikt als volleybalveld en af en toe wordt er wel eens een hond uitgelaten wat natuurlijk volstrekt niet mag. Er zijn iets verderop meer dan genoeg hondenuitlaatplaatsen.
Maar nu die heg dus. In het voorjaar, net na de bloei van de narcissen, bloeit de heg ook. Hij is dan bezaaid met allemaal witte bloemetjes en het is een feest om naar te kijken. Op verschillende plekken in de heg staan ook nog rozebottelstruiken (of iets wat er op lijkt) die wat later bloeien en nu vol bloemen zitten, ook wit.
Je kunt natuurlijk niet die heg tot in het oneindige laten groeien, dus twee keer per jaar verschijnt er een lawaaimachine die begint de bovenkant van de heg te kortwieken. Dan volgen de beide zijkanten en vervolgens komt er een mannetje met een grote blazer annex stofzuiger die alles in een soort fijnversnipperaar stopt en de snippertjes meeneemt naar een plaats waar het weer uitgestrooid wordt.
De toegangsweg naar ons dorp komt recht op een aantal van de tien woningen af. Dan kun je naar links verder de woonwijk in of naar rechts naar het centrum van ons stadse dorp. Het betekent dus ook dat de lichten van de auto’s ’s avonds en ook ’s morgens als het nog donker is, in de woonkamer van deze mensen schijnen tot de auto de bocht naar links heeft gemaakt. Bij de draai naar rechts heb je er nauwelijks last van. En dat veroorzaakt dus ook de meeste ergernis. Die autolampen die je woonkamer in schijnen….
En iedere keer dat het lawaai-apparaat in de straat verschijnt, zie je de oudere mannen (de meeste mensen hier in deze gelijkvloerse woningen zijn al senioren) naar buiten rennen om te zeggen dat de heg absoluut niet te kort gemaaid mag worden. Vorig jaar betekende dat dat de heg precies bij mij voor de deur en nog zo’n tien meter verder ongemaaid bleef. Het zag er slordig uit en bovendien lig ik de hele dag voor het raam te kijken en als de heg zo hoog blijft, kan ik niets zien van het verkeer wat langskomt en wat toch wat vertier oplevert. Dus belde ik naar de groenvoorziening van de gemeente om te vragen of de heg niet verder gelijk gemaakt kon worden.
Als ik had geweten wat ik me op de hals haalde, was ik er nooit aan begonnen. Want vanaf dat moment begon de heggesoap. De man van de gemeente zei namelijk dat hij op verzoek van één van de bewoners die heg zo had gelaten en dat dat zo bleef. Nadat ik de man had duidelijk gemaakt dat ik ook rechten heb en dat voor mij de heg best wat lager mocht (ik zit toch niet de hele avond op die lichten te letten en bovendien hebben de buren allemaal dikke overgordijnen die al gauw dichtgaan ’s avonds), kwam het lawaaiapparaat dus de boel alsnog kortwieken.
Dat leverde me dus een boze gemeenteopzichter, een boze buurman en een buurman op die niet wist hoe hij het goed kon maken met mij want het was zijn schuld geweest dat de heg zo slordig hoog was gebleven. De opzichter moest de boze buurman uitleggen waarom ik de heg wat lager wilde en toen werd dus bepaald dat de heg tot aan de lantaarnpaal bij ons huis laag mocht want dan kon ik er overheen kijken en vanaf dat punt zou de heg hoog blijven.
In het najaar werd de heg nog een keer netjes gelijk gemaakt zonder veel van de hoogte af te halen en ik vond het al lang goed, want het was buiten toch koud en nat.
Maar het werd ook weer voorjaar en de heg bloeide uitbundig en ja hoor, toen de heg was uitgebloeid stond daar ineens het grote lawaaiapparaat weer in de straat. Ik hoorde hem dichterbij komen en op dat moment ging de bel. Ik ben niet zo snel en toen ik eindelijk bij de voordeur was, was de buurman die zich zo schuldig voelde al met de gemeentewerker van het apparaat aan het onderhandelen. Toen zag hij me en hij kwam naar me toe hollen met de handen zo’n 20 tot 30 cm. van elkaar en vroeg of de heg zoveel korter moest bij mij want dan zou hij dat wel regelen.
De maaier ging weer aan de slag en op dat moment komt de boze buurman naar buiten gestormd. Met allemaal wilde en boze armgebaren maakte hij duidelijk dat de gemeentewerker niet verder mocht gaan met het kortwieken van de heg. Ik zag het van achter mijn raam vanuit mijn bed gebeuren en ook al kon ik het niet verstaan, de inhoud van zijn woorden was voor iedereen duidelijk. Stoppen met knippen en wel nu meteen..
De man op zijn apparaat was in een keer helemaal van slag. Naar wie moest hij nu luisteren? Uiteindelijk is hij maar gestopt met het kortwieken van de heg. Alleen de zijkanten werden nog wat bijgewerkt. Op de terugweg naar zijn eigen voordeur werd er nog even een hele boze blik mijn richting uitgestuurd en ik heb vriendelijk terug gezwaaid.
Vorig jaar zei de opzichter die ik sprak al tegen mij dat de heg eens in de vijf jaar tot op 20 cm. moest worden afgezaagd zodat het jonge hout dan de heg dichter maakt en dus voller. Ik ben erg benieuwd wanneer die vijf jaar om zijn, maar ik weet wel dat ik binnen blijf en me er niet meer mee bemoei. De heggesoap gaat maar verder zonder mij..
Tot de volgende keer!