Maatschappelijke ontwikkelingen
Vandaag zouden mijn ouders 64 jaar getrouwd zijn geweest. Ze trouwden na zeven jaar verkering in 1949.
In de voorafgaande periode van de oorlog en de wederopbouw hebben ze alle tijd gehad om elkaar te leren kennen. Mijn moeder heeft zelfs een poos de huishouding gedaan bij mijn vader thuis omdat zijn moeder in 1944 overleed aan keelkanker en er nog een nakomertje van rond de twaalf jaar in huis was.
Ik heb me vaak afgevraagd wat voor huwelijk mijn ouders hadden. Hun liefde en genegenheid voor elkaar werd niet zo uitbundig geëtaleerd als tegenwoordig heel normaal is. Toch hielden ze van elkaar.
Mijn vader heeft zich zijn hele leven zorgen gemaakt over de gezondheid van mijn moeder, die slecht was. Maar hij was wel opgevoed met de gedachte dat de vrouw de man moet volgen en handelt volgens zijn wensen. En dat deed ze dus ook. De huishouding was voor haar. En ze aanbad hem. Alles werd gedaan om het voor hem zo gemakkelijk mogelijk te maken. Zijn ontbijt werd klaargezet, met de krant ernaast en de thee vast ingeschonken zodat die al wat kon afkoelen. En als mijn moeder het niet kon, waren mijn zusje en ik degenen die dat regelden.
Toen Jan en ik een aantal jaar getrouwd waren en onze tweede zoon Thijs een hele erge huilbaby bleek te zijn, was ik na een half jaar de wanhoop nabij. Jan is toen een aantal weken thuis geweest om voor Thijs te zoirgen terwijl ik even kon bijkomen. Eigenlijk had Jan net daarvoor gehoord dat hij een opleiding kon volgen van 6 maanden in Groningen bij zijn toenmalige werkgever. Maar vanwege de situatie thuis heeft hij die afgezegd. Dat was zeer tegen de zin van mijn vader. Hij gaf me een paar weken later een boekje dat nog steeds in de kast staat: ‘Duurzaamheid binnen het huwelijk’. Daarin staat inderdaad letterlijk dat de vrouw volgzaam moet zijn aan de man en hem moet steunen aan alle kanten en op alle mogelijke manieren. Toendertijd waren Jan en ik best boos hierover, maar nu ik een stuk ouder ben heb ik veel meer begrip gekregen voor zijn standpunt. Hij wist niet beter. Zo was hij en met hem zijn hele generatie opgevoed. En ook mijn moeder wist en wilde niet anders.
Jan en ik zijn eind dit jaar 37 jaar getrouwd. Wij behoren tot een andere generatie. Een generatie die de vrouw gelijkwaardig acht aan de man en haar dezelfde rechten toebedeelt. Daar is een lange strijd voor gevoerd, die nog steeds niet helemaal is afgerond. Er zijn op veel plaatsen in de wereld nog oorden waar de man de macht bezit. Ook daar zijn de vrouwen verantwoordelijk voor de kinderen, de maaltijd en het huishouden en is de man de baas. Hier wordt juist gepropageerd dat vrouwen zelf verantwoordelijk zijn voor hun bestaan en dus moeten zorgen dat ze een opleiding volgen waarmee ze zelf in hun onderhoud kunnen voorzien.
Het is nog maar kort geleden, als je het tenminste afzet in de tijd, dat de vrouw thuis bleef om voor de kinderen te zorgen en de man de alleenverdiener werd. Dat heb ik ook gedaan. Pas nadat de kinderen naar school gingen, heb ik me gerealiseerd dat ik ook een opleiding had waarmee ik zelf geld kon verdienen en mee kon helpen het beter te krijgen. Toen ben ik weer aan het werk gegaan, heb opleidingen gevolgd en op mijn manier carrière gemaakt. En pas toen de kinderen bijna de deur uitgingen om te gaan studeren, ben ik hele dagen gaan werken. Tot ik natuurlijk mezelf tegenkwam en alsnog thuis kwam te zitten.
Nu is het bijna raar als je thuis blijft als moeder van de kinderen. Het is tegenwoordig zo gewoon geworden dat beide ouders werken dat de hele maatschappij daarop is ingericht. Er zijn crèches, er is buitenschoolse opvang, kinderen kunnen altijd overblijven en in grote steden kun je ze zelfs ’s nachts onderbrengen. Oma en opa’s worden weer ingeschakeld en buurvrouwen passen op elkaars kinderen als de ander werkt. Het is maar net hoe je je leven wilt inrichten.
Dat is wel het gemakkelijke van deze huidige generatie. De ontwikkelingen gaan zo veel sneller. Als je iets wilt, regel je het of is er wel iemand die het voor je regelt. Zelfs je rommel kan nog dienen als uitgangspunt om je leven op orde te krijgen. Tot hoever is onze maatschappij doorgeschoten?
Als ik nu zou beginnen aan mijn leven zou ik niet anders weten. Maar nu ik in middels tot de ouderen behoor, kijk ik daar toch met wat scepcis naar. Vindt de tegenwoordige kinderschaar het wel fijn dat papa en mama altijd werkten Dat je ze eigenlijk alleen maar in het weekend ziet? En dat ze ook dan nog vaak aan het werk zijn? Iedereen wil alleen maar meer en beter en tegelijk doen we niet anders dan roepen dat de normen en waarden verdwenen zijn en dat die terug moeten komen. En dat de jeugd aandacht nodig heeft omdat ze anders voor galg en rad opgroeit.
Al met al vind ik dat het te snel gaat allemaal. Ik zou willen dat er even een adempauze kwam waarin we ons kunnen bezinnen waar we mee bezig zijn. Om dan tot de conclusie te komen dat we niet kind met het badwater moeten weggooien en daar dus onze maatschappij op moeten inrichten. Ik besef ook dat ik maar een heel piepklein radertje ben in dat ingewikkelde proces maar ik heb mijn hoop gevestigd op de volgende generatie die hier vast iets mee gaat doen. Ik wens ze veel succes en een fantastisch leven toe.
Tot de volgende keer!