Vakanties in eigen land – 23 februari 2013

Vakanties in eigen land

Sinds Jan en ik getrouwd zijn, zijn we vrijwel ieder jaar in ons eigen land op vakantie geweest. De keren dat daar verandering ik kwam kunnen we op minder dan twee handen tellen. Maar deze vakanties waren wel heel bijzonder. Daar schrijf ik een andere keer over. Want vandaag wil ik het hebben over de andere vakanties. Ons eigen Nederland is zo mooi en er zijn zo veel prachtige plekjes dat je nooit uitgekeken raakt.

Voor degenen die ons niet kennen, Jan is lang, 1.98 meter en dat maakt dat tenten en caravans voor hem altijd te laag zijn. En we hebben twee keer een vakantie doorgebracht in de stacaravan van zijn ouders die in Oudemirdum (Gaasterland) op een mooie rustige kleine camping in het bos stond. ’s Avonds sleepten we de matrassen op de grond zodat hij languit kon liggen, maar het was wel afzien. De jongens waren nog klein, drie en éen en het jaar erop dus vier en twee jaar oud. We werden met fietsen en al door de buurman uit Emmen gebracht en gehaald en zo hadden we een heerlijke vakantie. We fietsten en wandelden veel door heel Gaasterland. Thijs, de jongste, vaak in een zitje bij Jan op de rug of in zijn fietsstoeltje en Wietse bij mij achterop.

De jaren daarop hebben we alleen maar vakantie gevierd in een bungalow of gehuurd huis. En ook nu nog kiezen we voor een ruime bungalow waar ook de zorg voor mij goed geregeld is. We hebben eigenlijk alle provincies al een keer bezocht, behalve dan Groningen en Zuid-Holland. En dus zijn Friesland en Drenthe als eerste aan de beurt. Over Gaasterland heb ik het al gehad. Ik heb natuurlijk mijn jeugd doorgebracht in Emmen in Drenthe en ondanks dat we nu al weer vele jaren in de polder wonen, blijft Drenthe me wel trekken. Het is fijn om weer eens in  Emmen rond te kijken. Jeetje, wat is dan het winkelcentrum groot geworden en ook het Noorder Dierenpark heeft heel veel veranderingen ondergaan. In de omgeving van Zweelo-Aalden, waar mijn vader woonde met zijn tweede vrouw na het overlijden van mijn moeder. hebben we ook diverse keren vakantie gevierd. Het Kamp Westerbork en de grote rij radiotelescopen bij Dwingelo zaten standaard in het programma en het Boomkroonpad, waar je wandelt tussen de toppen van de bomen, is zeer de moeite waard. In Bargercompas is het Veenmuseum waar je nog het echte veen kunt zien en waar de plaggenhutten en de turfschuit van het verleden getuigen.
Het Mantingerzand met zijn zandverstuivingen en zijn vliegdennen is een werkelijk prachtig natuurgebied waar je uren kunt dwalen en de schaapskuddes in Exloo en op de Dwingelder Heide zijn mooie uitjes.

In de provincie Overijssel zijn we altijd in Twente geweest en dan in een bos net buiten Losser, waar een paar woonhuizen naast een grote kampeerboerderij staan en van waaruit we veel fietstochten ondernamen richting Duitsland. Ook in Haaksbergen hebben we gezeten, dichtbij het Buurser- en Fochteloërveen waar veel zeldzame planten zoals zonnedauw voorkomen. Hier zit vaak een kolonie flamingo’s die daar als tussenstation even verblijven. Gelderland kan bogen op een tweetal vakanties, één in Loenen op de Veluwe en een in Meddo bij Winterswijk in de Achterhoek. In Meddo konden we nog grote stukken fietsen, ook Duitsland in, waar je een prachtige natuurgebieden aantreft. Maar ook leuke dorpjes als Lievelde en bijvoorbeeld de Erve Kots waar een museum over oude tijden is en waar nog met de oude molen meel wordt gemaald die je kunt kopen. Van allerlei soorten graan is hier te koop, van spelt tot rogge en van multigraan tot vruchtenbrood. Ook zelfgemaakte jam en boerenkaas is hier verkrijgbaar.
Toen we in Loenen zaten had ik mijn scootmobiel mee en maakte we tochten over de Veluwe en zijn we naar Burger’s Zoo geweest. De Posbank was afgesloten vanwege een hardloopevenement en dat was erg jammer.

De provincie Utrecht heeft ons gezin ook twee keer mogen ontvangen. In Leersum zaten we in een bungalow die we via de FNV konden huren. We fietsten vandaar uit richting de Betuwe, aten pannenkoeken in Amerongen, beklommen de Amerongse Berg en bekeken Huis Doorn waar de Duitse keizer zijn laatste levensjaren heeft doorgebracht. Het tweede jaar dat we hier zaten, hebben we met de kinderen heel veel uitstapjes met de trein gemaakt. Naar Hoek van Holland en Madurodam, naar Bergen aan Zee en het Zeeaquarium, naar Valkenburg in Limburg en naar de grotten daar en de ruïne, en als laatste was daar de lange reis naar Texel.
Daarmee zijn we in Noord-Holland beland. We hebben enkele keren op Texel gebivakkeerd, maar ook in Julianadorp bij Den Helder. Pas een jaar of vier geleden hebben Jan en ik een week in een hotel op Texel doorgebracht. Ook hier was mijn scootmobiel mee en hebben we heerlijke tochten over het eiland gemaakt. Een bezoek aan Ecomare, de vuurtoren, de verschillende dorpjes en de begraafplaats waar de Georgiërs liggen begraven die in opstand zijn gekomen tegen de Duitsers in de Tweede Wereldoorlog en uiteindelijk zijn gefusilleerd, zijn zeker de moeite waard. We hebben veel bessen geplukt in de Zelfpluk-tuin en in Den Burg is het goed eten. Toch blijft de zee de meeste aantrekkingskracht uitoefenen en juist daar kan ik net meer goed bij komen. Daar is mijn elektrische rolstoel niet geschikt voor. Natuurlijk komen er wel steeds meer strandrolstoelen met grote luchtbanden, maar daar kan ik mijn rechterbeen niet kwijt omdat dat been rechtuit de minste pijn oplevert en ik daar dan geen steun voor heb.

Zoals ik al vertelde slaan we Zuid-Holland over, maar Zeeland, (twee keer), Noord-Brabant, (één keer en dat was één keer te veel) en Limburg (drie keer) hebben we wel bezocht.
Het belangrijkste wat ik van Zeeland heb onthouden was dat er alleen maar klinkers en keien liggen waardoor het zitten in een rolstoel een groot probleem was voor mij. We hebben wel leuke dingen gedaan. Brugge, in Vlaanderen hebben we bezocht, net als het dorpje Veere, de Oosterscheldedam en het werkeiland Neeltje Jans want nu poogt een pretparkje te worden. De tentoonstelling over de Deltawerken is wel indrukwekkend. De boottocht op de Oosterschelde was mooi. En we troffen ook nog Thijs en Marion want die waren aan het zeilen met vrienden daar vlak in de buurt.

De vakantie is Brabant verdient echt een apart blog en daar zal ik dus morgen meer over vertellen. En dan blijft Limburg als laatste over, de langgerekte provincie in het zuidoosten van ons land. Hier zijn we dus drie keer geweest. Een keer met de kinderen in een weekend dat de (voor de liefhebbers van wielerkoersen tenminste bekende) Amstel Gold Race werd verreden. De dag voordat de profs de Limburgse heuvels beklommen, deed Jan mee met de toertocht van 150 kilometer, inclusief de heuvels. Wij stonden dan op diverse plaatsen naast de route om hem aan te moedigen en te voorzien van eten en drinken. Bovenop de Vaalserberg hebben we samen koffie met vlaai genuttigd en kon Jan zijn route vervolgen.
En de laatste twee keer dat we in Limburg waren is in 2012 geweest. Twee keer in Posterholt. Daar hebben we een aantal Facebook-vrienden in real life ontmoet en dat was een fantastische ervaring. En natuurlijk heeft ook Limburg zijn mooie plekjes. Denk maar aan het witte dorpje Thorn, het kasteel in Arcen, Maastricht, die mooie stad met zijn prachtige kerk en de St. Pietersberg. Valkenburg met zijn vele restaurantjes is een leuk dorp.

Dit was dus een korte reis door Nederland. We hebben nog lang niet alles gezien en ik hoop dat we tijd van leven hebben én de mogelijkheid om nog eens een nieuwe plek van Nederland te bekijken. Morgen een apart blog over onze vakantie in Noord-Brabant en voor nu

Tot morgen!

 

Een gedachte over “Vakanties in eigen land – 23 februari 2013”

Reacties zijn gesloten.